Met toestemming van de auteur, Ds. Rob Visser, overgenomen van de website evangelie voor elke dag.


Er is een stevige discussie over schepping en evolutie aan de gang. Het lijkt erop dat al meer de Schrift in het licht van de evolutie gelezen gaat worden. Omdat de meeste wetenschappers de evolutie als theorie waarmee gewerkt wordt omarmen. Kun je de Bijbel op dit punt wat aan de kant schuiven? Ik meen als je de Bijbel rustig leest, dat dit niet mogelijk is. Voor een volledige exegese van Genesis 1-3 verwijs ik naar wat ik geschreven heb in het boekje: “Gelukkig geen mythe (Genesis 1-11 en de betekenis daarvan)” [ISBN 9780244629199].

 

Lastig om over Gods scheppingswerk te spreken?

God die alles maakte. De Schepper, de grote Kunstenaar tegen wie niemand op kan. Dat is de HERE die jou als klein mens opgezocht heeft. In Zijn machtige hand genomen heeft. Jij mag als klein mensje bij Hem horen. Bij Hem bescherming en vergeving vinden. Alleen hieraan al, zie je dat wat die Schepper over Zijn eigen scheppingswerk vertelt, heel belangrijk voor elke dag is. Voor elke dag, dat jij als schepsel in Zijn schepping leeft.

Waarom voelen we het vaak aan als lastig om over Gods scheppingswerk te spreken? Omdat het voor velen vreemd is om God als deel van de werkelijkheid te zien; vreemd om zo te spreken dat Hij er echt is en dat Hij echt dingen doet. Dingen die invloed gehad hebben, die nog hebben en nog zullen hebben.

Ja, voor velen is dat iets dat bij je geloof hoort, maar vaak niet bij het gewone leven. Dat moet je buiten je gewone gesprekken houden. Dat moet je buiten de wetenschappelijke bezinning houden.

Als je God en Zijn spreken buiten de schepping houdt, zorg je voor een verkeerd beeld van de werkelijkheid. Dan zorg je er zelf voor dat je de dingen niet meer goed kunt zien. Laat ik dat met een voorbeeld verduidelijken. Je leeft in een gezin. Je bent met z’n vieren. Vader, moeder en twee kinderen. Vanaf het begin zeg je dat vader er niet is. Dat blijf je volhouden. Ook als je met anderen praat, gaat het niet over vader want die is er niet. Toch doet vader bepaalde dingen en heeft hij dingen gedaan. Daarvoor moet wel een verklaring komen als je daarover nadenkt. Dan kom je met een zelfbedachte oplossing, maar dat is fantasie. Dat is niet de werkelijkheid.

Je vindt het misschien een heel vreemd voorbeeld. Dat is toch gewoon niet zo! Dat gebeurt toch gewoon niet! Dan zie je hoe vreemd het is om met God als Schepper en met wat Hij gedaan heeft geen rekening te houden. Terwijl Hij zelf ons nog wel verteld heeft wat Hij gedaan heeft en ook zal doen. Dan zie je ook hoe vreemd eigenlijk de evolutietheorieën zijn.

Wat God in de Bijbel over de schepping zegt en wat hij zegt over de dag dat Jezus terugkomt is heel belangrijk. Dat hoort bij de werkelijkheid. Zonder God en Zijn werk zie je de werkelijkheid niet.

 

Dat en hoe

De HEER is groot. Hij is God. Hij heeft de werkelijkheid die we zien, gemaakt. Hij is meer dan alles wat er in de schepping is. Als je alle mogelijkheden die er in de schepping liggen bij elkaar optelt heb je God nog niet. Hij is nog veel meer dan dat. Het is heel belangrijk dat we vanuit dat perspectief ook naar Gods scheppingswerk kijken. Dan zijn bepaalde dingen lastig, omdat veel mensen het als onwetenschappelijk zien, als je over Gods scheppen van de aarde in zes dagen spreekt. Dat kan toch niet volgens onze menselijke gedachten, volgens de mogelijkheden die er in de schepping liggen?! Dan zie je dat spreken over Gods scheppingswerk lastig wordt wanneer wij als mensen onze theorieën als maatstaf nemen voor wat kan. Dan hoor je mensen zeggen dat wat we in Genesis 1 alleen maar lezen dat God de Schepper is en niet hoe Hij het gedaan heeft.  Toch vind je voor zo’n menselijke theorie nergens steun in de Bijbel zelf.

Als je dan naar Genesis 1 kijkt zie je dat God daar veel meer zegt dan dat Hij de Schepper is. Hij vertelt ons daar ook hoe Hij geschapen heeft. Hij laat daarin juist zien hoe groot Hij is en dat er niemand is zoals Hij.

Wat is nu één van de problemen die veel mensen met Genesis 1 hebben? Die dit hoofdstuk niet willen laten uitspreken zoals de Geest het ons gegeven heeft? Mensen willen het beginpunt van de schepping kunnen berekenen. Ze houden er geen rekening mee dat de HERE de Schepper is die geen beginpunt nodig had dat wij kunnen berekenen. Wij zijn mensen, wij zijn schepselen. Het is het geheim van de HERE hoe Hij in zes dagen de aarde tot een woonplaats voor de mens als Zijn beeld gemaakt heeft. Dat is Gods geheim dat boven de kennis van ons mensen uitgaat.

Het is belangrijk dat we ons net als Job door de HERE laten aanspreken. Het is de HERE die o.a. in Job 38 de mens aanspreekt die denkt tot Gods geheimen te kunnen doordringen. Die denkt God tot verantwoording te kunnen roepen. Dan zegt de HERE o.a.: “Waar was jij toen Ik de aarde grondvestte? Vertel het me, als je zoveel weet. Wie stelde haar grenzen vast? Jij weet het toch! Wie strekte het meetlint over haar uit? … Waar is de weg naar de oorsprong van het licht, en de plaats van het donker – is die jou bekend,  zodat je het naar haar gebied kunt voeren, en het pad naar zijn huis kunt vinden? Jij weet dat vast, want jij werd toen geboren, zoveel jaren liggen achter je!” vs 4,5 …19-21

Het eerste dat de HERE aan ons in Zijn Woord vertelt, is dat Hij de hemel en de aarde, de hele kosmos geschapen heeft. Alles wat we zien is schepsel. Schepselen die ontstaan zijn toen de eeuwige God, die geen begin en einde heeft, besloot dat het zo moest gebeuren. Geen schepsel heeft zijn ontstaan aan zichzelf te danken.

Na Genesis 1:1 richt de Heilige Geest onze aandacht vooral op de aarde. De HERE heeft op Zijn tijd de aardbol geschapen. We lezen in vers 2 dat op de aarde nog geen leven mogelijk was. De aarde was woest en leeg. Alles was nog niet zo op zijn plaats dat de mens als Gods beeld daarop kon leven. Als er toen al een mens zou zijn geweest zou hij een donkere wereld zien die met water bedekt was. Zo blijft het niet.

God gaat orde scheppen in de zes opeenvolgende scheppingsdagen. God zorgt ervoor dat de mens niet in een chaotische schepping terecht komt. Hij geeft hem een plaats in dat prachtig geschapen en geordende paradijs. Vanuit het paradijs krijgt de mens weer de taak om de hele aarde zo in orde te gaan maken.

De aarde moet de plaats worden die Gods heerlijkheid laat zien zoals we daarvan in Psalm 8 lezen: “o HERE, onze Here, hoe heerlijk is uw naam op de ganse aarde, U, die uw majesteit toont aan de hemel.” Vs 2.

De HERE heeft de aarde niet geschapen om woest en leeg te laten liggen. Hij is de God die op aarde orde wil hebben. Zo’n orde dat het goede leven daarop geleefd kan worden. Dat lezen we heel duidelijk in Jesaja 45:18: “Dit zegt de HEER, die de hemel geschapen heeft – Hij is God -, die de aarde gemaakt en gevormd heeft en die haar heeft gegrondvest – niet als chaos schiep Hij de aarde, maar om te bewonen heeft Hij haar gevormd: Ik ben de HEER, er is geen ander.”

De HERE schept volgens Zijn plan. En dat zorgt ervoor dat alles op aarde in vrede met elkaar gaat bestaan. Alles past op elkaar. Alles past zo, dat er een prachtige wereld ontstaat waar alle schepselen in vrede met elkaar leven en zo als een prachtig geheel van de grootheid van de HERE, die de Schepper is, getuigen.

 

Gods grootheid en luister

Hoe maakt God de aarde in zes dagen gereed? We zien dat al meteen op de eerste dag: “En God zei: Er moet licht komen en er was licht.” Vs 3. Hoe schept God: door te spreken. Door een bevel te geven, door Zijn Woord. Zijn bevel is genoeg. Zijn Woord is zo machtig, dat uit niets ontstaat wat Hij wil hebben dat ontstaat. De HERE heeft geen tijd van voorbereiding, van berekeningen, van het bij elkaar brengen van materiaal nodig om dat te maken wat Hij wil. Zijn bevel is genoeg. Het bevel van de Drie-enige God is genoeg.

De hele schepping, ook dat wat op de eerste dag door de HERE geschapen is, is uit niets gemaakt. We lezen dat ook op andere plaatsen in de Bijbel. Ik denk nu aan Hebr 11: “Door geloof komen we tot het inzicht dat de wereld door het Woord van God geordend is, dat dus het zichtbare is ontstaan uit het niet-zichtbare.” Vs 3

Hier zie je de grootheid van God op een prachtige manier schitteren. Hij was er, en alleen door Zijn bevelen ontstaat wat volgens menselijke berekeningen alleen maar in miljoenen of miljarden jaren kan ontstaan. Dat laat juist zien hoe groot de HERE als de enige God is. Hij handelt ook in Zijn scheppingswerk Goddelijk. Wij moeten ervoor uitkijken dat we de HERE niet volgens menselijke maat gaan meten. Als de HERE zegt dat Hij een bevel gegeven heeft en dat het er toen meteen was, is dit volgens menselijke maat onmogelijk. Dan is het nodig om er steeds weer aan te denken dat de HERE de Almachtige is. Van wie de Geest door Paulus zegt: “Aan Hem die door de kracht die in ons werkt bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij vragen of denken, aan Hem komt de eer toe, in de kerk en in Christus Jezus tot in alle generaties, tot in alle eeuwigheid. Amen.” Ef 3:20,21

Hij is de enige God. Hij laat in Zijn Woord  zien wie Hij is. Hij maakt duidelijk dat o.a. dit van Hem geldt: “Ach HEER, Mijn God. U hebt met uw grote kracht, met uw machtige arm, de hemel en de aarde gemaakt voor U is niets onmogelijk.” Jer. 32:17 (Zie  ook: Gen 18:14; Ex 15:11; Ps 86:9,10; Luk 1:37)

Het is zo belangrijk, dat we de HERE niet volgens onze mensenmaat en de scheppingsmogelijkheden meten; zo belangrijk, om Hem te eren zoals Hij is. De mens die zegt, dat het onmogelijk is, dat na enkele woorden van God er plotseling licht is, wijst zich als onwijze aan. Wijst zich aan als iemand die zich in eigenwijsheid tegenover God en Zijn wijsheid opstelt.

De HERE is zo groot! Hij zegt: “Er moet licht komen”. Let er dan op dat we dan meteen lezen: “en er was licht.” De HERE laat hier zien dat het licht bij het door God bepaalde beginpunt geen miljoenen lichtjaren nodig had om de aarde te bereiken. Nee, meteen na Gods bevel is het licht er en verlicht meteen de aarde. Psalm 33 wijst heel duidelijk op de grootheid van God die hierin naar voren komt: “Door het woord van de HEER is de hemel gemaakt, door de adem van Zijn mond het leger van de sterren … Want Hij sprak en het was er, Hij gebood en daar stond het.” Vs 6,9

De HERE zorgt voor de eerste voorwaarde van leven, het licht in een ogenblik. Wat is God groot! Zo heeft de HERE zich in de schepping laten zien. Hij zal dat ook bij de herschepping laten zien. De herschepping die vanwege onze zonden nodig is. We lezen namelijk in 1 Kor 15 van de dag waarop de Here Christus terugkeert en het leven volledig vernieuwt: “ Ik zal u een geheim onthullen: wij zullen niet allemaal eerst sterven – toch zullen wij allemaal veranderd worden, in een ondeelbaar ogenblikin een oogwenk wanneer de  bazuin het einde inluidt. Wanneer de bazuin weerklinkt zullen de doden worden opgewekt met een onvergankelijk lichaam en zullen ook wij veranderen. Want het vergankelijke lichaam moet worden bekleed met het onvergankelijke, het sterfelijke lichaam met het onsterfelijke.” Vs 51-53.

De HERE is de Almachtige en de Eeuwige, die in één ogenblik op Zijn bevel laat ontstaan wat Hij wil. Dit laat ons zien dat we Gods eigen Woord nodig hebben om het ware licht te verspreiden en de werkelijkheid van de schepping te kennen. Ook om te weten hoe de aarde ontstaan is, hoe God, de Schepper dat gedaan heeft. Dat blijft een geheimenis dat wij met onze menselijke wetenschap, hoe knap en ontwikkeld ook, niet kunnen ontrafelen. Het laat zien dat wij als mensen, door ons menselijk onderzoek en onze experimenten, niet alles te weten kunnen komen. Wij vallen voor God in aanbidding neer die het licht op aarde geeft. Dat vraagt van ons ook verantwoordelijkheid, rentmeesterschap.

 

Goed voor Gods schepping zorgen

We raken al meer onder de indruk van de opwarming van de aarde. Van de geweldige nadelige gevolgen die dat kan hebben. We gaan na de film van Al Gore al meer breed inzien dat er toch echt wel iets aan de hand is. Moeten we als christenen daar iets mee? Of interesseert de hele milieuproblematiek ons eigenlijk niet? Omdat de aarde toch eens zal vergaan. Er komt toch eens een nieuwe aarde en daarom hoeven we eigenlijk niet veel aan het milieu te doen? Als we daarover nadenken is het belangrijk om weer in het paradijs te beginnen. De mens krijgt daar een duidelijke opdracht.

De HERE geeft de mens een plaats in de tuin van Eden. De mens moet hier de opdracht van Gen 1:26-28 beginnen uit te voeren. Dat moet hij doen door de hof van Eden te bewerken en er over te waken. Gen 2:15.

Bij dat “waken over” moet je niet denken aan het vechten tegen gevaren. Die gevaren waren er toen niet. De HERE had alles zeer goed geschapen. Gen 1:31. De mens wordt hier opgeroepen om Gods prachtige schepping te bewaren. Om op deze wereld zo als mensen te werken. Zo de mogelijkheden die er in de schepping liggen te ontplooien dat het Gods heerlijke schepping niet aantast. Zo dat die schepping in zijn prachtige heerlijkheid en gevarieerdheid blijft bestaan. Ook dat hoort bij de verantwoordelijkheid die wij als onderkoningen, als beeld van God op deze aarde gekregen hebben.

De HERE is de Schepper die ook met liefde dieren en planten geschapen heeft. Die ook in die natuur Zijn eindeloze wijsheid en grootheid laat zien. Laat ik daarvan een héél opvallend voorbeeld uit de Bijbel noemen. De HERE geeft in Deut 22:6,7 aan Zijn volk deze opvallende regel voor hun leven: “Als u onderweg toevallig een vogelnest vindt in een boom of op de grond, een nest waarin een vogel op haar jongen of haar eieren zit, dan moet u het moederdier zelf ontzien als u het nest mocht uithalen. De jongen mag u meenemen, maar de moeder moet u in elk geval laten gaan. U zult er wel bij varen, een lang leven zal u beschoren zijn.”

Het is ook niet voor niets dat in profetieën over de nieuwe aarde gesproken wordt over de vrede die er tussen alles in de schepping zal zijn. Mens en dier, mens en de rest van de schepping vormen geen bedreiging voor elkaar. Ze leven in volle vrede met elkaar. Zie o.a. Jes 11,65, Openb 22.

Ik noem daarvan nu een voorbeeld: “Dan zal een wolf zich neerleggen naast een lam, een panter vlijt zich bij een bokje neer; kalf en leeuw zullen samen weiden en een kleine jongen zal ze hoeden. Een koe en een beer grazen samen, hun jongen liggen bijeen; een leeuw en een rund eten beide stro. Bij het hol van een adder speelt een zuigeling, een kind graait met zijn hand naar het nest van een slang. Niemand doet kwaad, niemand sticht onheil op heel Mijn heilige berg. Want kennis van de HEER vervult de aarde, zoals het water de bodem van de zee bedekt.” Jes 11:6-9.

We zien in wat de HERE zegt, ook een geweldige bemoediging als we er op letten dat de aarde en de natuur gevaar lopen. Het is niet zo dat je hoeft te denken dat wanneer het misgaat er geen toekomst is. Jij mag werken op deze aarde, je ook inzetten voor het verantwoord omgaan met de aarde. Toch hangt het voortbestaan van de aarde niet van ons af. Het moment komt dat de HERE die nieuwe hemel en aarde in een ogenblik aan ons geeft.  Een moment waar de hele natuur naar uitkijkt. Omdat de zonde en de gevolgen daarvan al zoveel in de natuur aangetast hebben. Omdat dat o.a. de dood en de vijandschap, en het vernielen van de natuur in het leven heeft geroepen. Als je dat weet is het héél opvallend wat we lezen in Rom 8: “De schepping ziet er reikhalzend naar uit dat openbaar wordt wie Gods kinderen zijn. Want de schepping is ten prooi aan zinloosheid, niet uit eigen wil, maar door hem die haar daaraan heeft onderworpen. Maar ze heeft hoop gekregen, omdat ook de schepping zelf zal worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid en zal delen in de vrijheid en luister die Gods kinderen geschonken wordt. Wij weten dat de hele schepping nog altijd als in barensweeën zucht en lijdt. En dat niet alleen, ook wijzelf, die als voorschot de Geest hebben ontvangen, ook wij zuchten in onszelf in afwachting van de openbaring dat we kinderen van God zijn, de verlossing van ons sterfelijk bestaan.” Vs 19-23.

Wij mogen en moeten vandaag werken als mensen die Gods schepping verantwoordelijk beheren. Zonder te denken dat wij voor de toekomst op aarde moeten zorgen. Krampachtigheid is niet nodig. God zorgt. Zorgt dat Zijn schepping blijft bestaan en vernieuwd zal worden. Dat leert je rust in God te vinden. Je veilig bij Hem te weten. Hem te aanbidden en te bewonderen.

 

Op weg naar die nieuwe schepping

Het doel van de schepping is niet de mens zelf, maar dat de schepping onder leiding van de mens zijn rust en doel in de lof op God vindt. Het eerste deel van het scheppingsbericht eindigt niet met de schepping van de mens maar met de zevende dag waarop de HERE van Zijn scheppingswerk rust. Die dag ook als dag van rust aan de mens geeft. Juist in Gods rust op de zevende dag komt Gods scheppingswerk tot zijn doel. De HERE geniet dan van het volmaakte werk dat Hij gemaakt heeft.

Gods werk van schepping komt tot Zijn grote doel als de Here Jezus terugkomt. Als Zijn verlossingswerk, Zijn dragen van de zonden zelfs voor de hele schepping een geweldige herstellende kracht blijkt te hebben. Een machtige wereld waarop de gelovigen als koningen samen met Christus zullen regeren. Een wereld waarop de hele wereld in het licht van God baadt en zich daarin warmt. Openb 21:22-22:5

Dan zie je de HERE in Zijn grootheid en kan je met de hele schepping niet anders als wat we in Openb 5 lezen: “Aan Hem die op de troon zit en aan het Lam komen de dank, de eer, de lof en de macht toe, tot in eeuwigheid. De vier wezens antwoordden: Amen, en de oudsten wierpen zich in aanbidding neer.” Vs 13,14.

Is het scheppen door God van de hele schepping en straks van de nieuwe schepping een lastige waarheid? Wel als je niet verder kijkt dan je menselijke neus. Hoe ver ons verstand en onze kennis ook al ontwikkeld zijn. De HERE is zoveel groter!

Is Gods schepping een lastige waarheid? Nee, een machtige waarheid! Het laat je zien wie God is, wat de werkelijkheid is, wat de toekomst is. Laat je niet bedriegen door kortzichtig menselijk gepraat. Geloof de enige God op Zijn machtig en onfeilbaar Woord!

 

Rob Visser